maandag 23 juli 2012

Het huis met de geesten - Isabel Allende

Weer een revolutie. Dit blog wordt een treurige aaneenschakeling van revolutie en bloedvergieten. Het begon vorig jaar met de Fins Russische oorlog. Weet je nog; in Suomussalmi slachten Finnen en Russen elkaar af in een slag die het ijs bloedrood kleurde.
Via de Chinese revolutie, de Russische revolutie, de Spaanse revolutie, de Jappanners in Maleisië en in Mantsjoerije, de slavenhandel, appartheid en het vermalen van de Aboriginals zijn we nu bij de Chileense revolutie, en zo gaat dat maar door, een eeuwige geschiedenis van pijn, bloed en liefde. Je zou hopen dat het ooit eens ophoudt, dat we ooit het grote boek van afslachten hebben volgeschreven, dat we alle manieren om anderen te doden, te martelen en te vernederen hebben beschreven, zodat de beulen zuchtend ophouden uit herhaling. En uit de herhaling ontstaat een dochter, de laatste dochter, en we noemen haar Clara. Of Blanca. Of Alba.

Diepe wildernis: de wegen - Joao Guimaraes Rosa

Ik was hierin begonnen en heb de eerste dertig bladzijden gelezen. Maar het wordt een week mooi weer en ik wil op het dakterras toch een boek waar ik eenvoudiger in het verhaal kan zitten. Ik heb het dus weer terug gezet en heb een ander boek uit Zuid Amerika gepakt.

zaterdag 14 juli 2012

Driving over lemons - Chris Stewart

'But Ana, how could I have been such a lousy judge of character?' I groaned.
'Because you don't much care to judge people's characters,' she awnsered after a moment's thought. 'It's a strength, you know, as well as a weakness.'

Toen ik in de Algarve op vakantie was, in een gehuurd huisje, was het leukste, even afgezien van op 1 januari in de zon in je t-shirt op een terras een ijsje eten, dat je om een uur of zeven in de ochtend wakker werd, het huisje uit liep in de tuin, citroenen ging plukken en amandelen rapen en dan had had je een ontbijt, dat je onder de vorsende blik van Ana, de buurhond, op een stoeltje in de zon kon opeten. Die sfeer van zelfvoorziening is iets dat ik thuis wilde nabootsen, dus ging ik appelbomen en citroenstruiken planten, naast de munt onder de beuk en de potjes met kruiden. Na al het werk en een natte zomer heb ik nu één zielige citroen aan de boom hangen. Ik kom dus niet veel verder dan op een zonnige dag ontbijten op mijn dakterras met een zelfgemaakt broodje jam en iets te lezen.

Chris Stewart was drummer van de band, werd schaapscheerder en kocht een boerderijtje in de afgelegen vallei van Andalusië. Een droom van velen. Het simpele leven, zelfvoorzienend, met schaapjes, een hond, een kruidentuin, sinaasappelbomen, een rivier en een gitaar, is zeker een onbereikbaar ideaal van mij. Ik ben er helaas totaal ongeschikt voor. Toen ik tijdens het lezen van dit boek een beetje een doe het zelf vibe kreeg en in de badkamer ging werken, schreeuwde mijn hele lichaam na een dag al dat mensen inhuren toch echt helemaal mijn ding is. Ik kan zelfs niet gitaar spelen.
Dus woon ik in de stad. Ik heb allerlei substituten voor het simpele landleven. Ik heb een huurkip, waarvan ik met de bonnetjes eieren kan halen in de supermarkt. Ik ga winkelen in de winkel naast de biologische tuin. Maar het is allemaal plaatsvervangend voor het echte ideaal: driving over lemons.

Chris Steward schrijft erg leuk en grappig over zijn ideaal, en over hoe ingewikkeld zoiets eigenlijk is. Een brug bouwen over de rivier, stromend water aanleggen, een deel van het huis afbreken en opnieuw opbouwen, schapen hoeden in de bergen, omgaan met de locals. Het mooiste hoofdstuk vond ik dat over het aanleggen van stromend water in de acequias. Naast het lopen met het water, wat ik geweldig vind, is het de manier waarop de acequinas beheerd worden, samen met iedereen, in verbinding met de bomen, de wortels en de natuur. Het is alle aantrekkingskracht van het zelfvoorzienende leven in een ding samengebald. Iets dat volgens mij wij Noorderlingen in de huidige crisis voor eens en altijd gaan afbreken in de Zuidelijke landen. Dat soort paternalistisch gedoe, dat is helemaal niet productief. Bovendien is er geen geld mee te verdienen. Daarom moeten wij dat alles in een verdienmodel plaatsen en verkopen aan de meest biedende. Want als je eigenaar bent van de buizen, ben je eigenaar van het water. En kun je de rivier per kubieke meter verkopen.

maandag 9 juli 2012

Slaap / De olifant verdwijnt - Haruki Murakami

Slaap

Die avond wilde ik lezen op mijn dakterras. Ik zette de stoel op en schonk mezelf een glaasje whiskey in. Het was Tallisker. Ik deed er één druppel water in, daardoor komen de smaken van whiskey bij elkaar. Ik begon te lezen. De zon streelde mijn gezicht. Ze zou binnenkort achter de flat verdwijnen. Ik keek naar mijn dakterras. Ik had veel planten. Dit jaar had ik stokrozen gekweekt, en korenbloemen. Achter mij stonden twee stamappels.
Er zaten zwarte eitjes in de planten. De rozen en de korenbloemen zaten er vol mee! Ik zag mieren op en neer de plant bewandelen. Dat was niet goed. Ik vind het wel mijn dakterras, maar mijn flat grenst niet aan het terras. De buurflat kon ik niet opzadelen met een mogelijke insektenplaag. Ik moest iets doen. Ik legde het boek neer. Ik ruimde de rozen en de korenbloemen in vuilniszakken. De appelboom topte ik af. Uit de bak waar de korenbloemen in hadden gezeten kropen de mieren. Ik leegde hem en zette hem onder water. Daarna bracht ik de vuilniszakken met plantenresten naar beneden in de vuilcontainers.
Het was al laat. De zon was verdwenen. Ik besloot binnen verder de lezen en ruimde de stoel op. Ik stootte tegen het whiskeyglas. Het brak, de wiskey stroomde over de balkontegels. De mieren wandelden om de whiskeyplas heen. Ik ruimde eerst de glasresten op en ging daarna naar mijn flat.
Ik las verder in bed. Nu ik geen whiskeyglas meer had, dronk ik Pu-erh thee. Het boek ging over lezen en chocola. Mijn poes mauwde en wilde geaaid worden. Na het aaien draaide ze twee rondjes op mijn schoot en ging slapen. Daar heeft ze helemaal geen moeite mee. Ze slaapt bijna altijd. Ik zag een tekening van een chocoladereep. Ik heb geen chocola in huis en de winkel is al dicht. Ik moet verder lezen zonder chocolade. Ik schonk een nieuw kopje Pu-erh thee in.
Ik kon nu goed lezen. Ik zat in een bepaald ritme. Blad na blad sloeg ik om. Buiten begon het te regenen. Het einde. Het boek was uit. Er overviel mij een bepaald gevoel. Alsof ik iets van de wereld begreep. Ik legde het boek weg ik viel in slaap.

Ik werd wakker. Het was kwart over zes, volgens de wekker. De zon scheen door mijn gele gordijnen. Ik had iets begrepen, herinnerde ik me. Maar ik wist het niet meer. Ik was het kwijt.

De olifant verdwijnt

De Nederlandse versie van De olifant verdwijnt is een andere bundel dan die in andere talen. Zo staat het verhaal 'Slaap' niet in de Nederlandse 'De olifant verdwijnt' en wel in de Engelse 'The elephant vanishes'. Omdat Slaap in die bundel staat heb ik na 'Slaap' 'De olifant verdwijnt' gelezen. De verhalen zijn geschreven tussen 1983 (Schuurtjes in brand steken) tot 1989 (Slaap en TV people), hoewel de (c) in het boek de data 1993 - 2005 meldt. Het laatste verhaal 'Opwindvogels en dinsdagse vrouwen' is tevens het eerste hoofdstuk van de Opwondvogelskronieken. Over de Opwindvogelkronieken schreef ik:'Het doet me heel erg denken aan een stripboek van Moebius, de Hermetische garage van Jerry Cornelius uit het boek Majoor Fataal. Moebius schreef twee pagina's per keer voor een stripblad, maar schreef de volgende pagina's zonder de eerste nog weer in te kijken. Het lijkt alsof Murakami voor eenzelfde procede heeft gekozen.' Dat gevoel blijkt dus niet helemaal onterecht. Als kort verhaal wordt het een verhaal over de teloorgang van een relatie.
Deze bundel verhalen zijn typische Murakami's. De hoofdpersonen zijn normaler dan normaal en door een vage omstandigheid verandert hun realiteit. In De tweede broodjesroof ziet de hoofdpersoon een andere wereld als een soort droom. In TV-people komen wezens uit een andere wereld het apartement van de hoofdpersoon binnen en in De olifant verdwijnt wordt een olifant steeds kleiner tot hij verdwijnt. De verhalen vinden plaats in buitenwijken van Tokyo, het Japanse suburbia, zeg maar.
Zoals altijd speelt ook populaire cultuur en literatuur een grote rol. Zo leest de hoofdpersoon in Slaap 'Anna Karenina', uit Tv-people 'de nieuwe dikke roman van Gabriel Garcia Marquez' en in De olifant verdwijnt Len Deighton.
Ondanks het surrealisitsche decor van de verhalen gaan ze wel degelijk over emoties. 'Opwindvogels en dinsdagse vrouwen' is een verhaal over een relatie waarvan je merkt dat hij op springen staat, Slaap draait om het mislukken van een huwelijk en het verlaten van elkaar. De andere verhalen gaan over verlies en eenzaamheid. De wereld lijkt veel van de hoofdpersonen uit Murakami verhalen niet te passen, vast een reden waarom ik me ermee verwand voel.

zondag 8 juli 2012

Wat drinken wij

Lapsang Souchong.

Parrotfish - Ellen Wittlinger

A quick look around Buxton High provided numerous cases of girls acting like girls and boys acting like boys - and few people acting like themselves.
Sekse is een ingewikkeld onderwerp; als aan de rechterkant van het veld Arnold Swarzenegger staat en aan de linkerkant Jennifer Lopez, waar sta jij dan? "You can make a lot of money with that set-up", volgens Grady. Grady is een veertienjarige jongen, die helaas voor hem geboren is als Angela. Enter Parrotfish, een leuk boek over transgender, dat niet probeert overdramatisch te zijn en daardoor aantrekkelijk positief blijft. Het schooltrauma wordt behandelt op een authentieke manier. De hobbels van Grady blijven misschien wat te eenvoudig, het zal in het echt allemaal veel ingewikkelder zijn, maar een feelgood boek over de transgender problematiek mag ook wel eens geschreven worden. Hij, Grady, is een leuk karakter, net zoals de anderen in het boek. Het zijn geen eendimensionale personages, behalve misschien de class bully, maar zijn allemaal echte mensen. Aan het eind probeert de schrijfster een beetje het einde van Little Miss shunshine na te bootsen, en in de film blijft dat beter overeind dan in het boek. De papagaaivissen als symbool voor transgender vind ik niet helemaal passen, en dat vind misschien de schrijfster ook wel. "I am not a fish", laat ze Grady zeggen over het werkstuk van haar medescholier.
Maar daartegenover staan veel bespiegelingen die wel mooi zijn en veel scenes die zo uit het leven komen, zoals de vreugde als Grady eindelijk met de post een chest binder krijgt, de pijn die het insnoeren van zijn borsten doet, wat het betekent om een hij te willen zijn, maar dan toch nog te menstureren, 'and then, as I hurried down the hall toward my locker, I felt a twinge of pain low down in my abdomen, because apparently a bad day can always get worse. Already kids were whispering about me as I passed them, maybe using the same words Danya had. Freak. Mutant. Pervert. And now I was a boy who had just started his period and was probably bleeding all over his jockey shorts. Yeah, that was normal', of de manier waarop in de laatste hoofdstukken consequent door iedereen, inclusief de alwetende verteller, hij wordt gebruikt.
Ik denk dat vooral vanwege het positieve verhaal dit boek veel voor transgenders kan betekenen. Zeker voor pubers, die zich nog meer in het verhaal van eerste verliefdheid en schooldans kunnen herkennen, maar ook voor meer volwassen transgenders, die vooral moed kunnen putten uit de positieve instelling van de roman en zijn hoofdpersoon.
En hier is een papegaaivis:

Eilanden - Boudewijn Büch

Ik heb dit boek gelezen als ontbijtboek, waar het ook erg voor geschikt is. Onder het eten iedere dag een eiland. Het boek bevat 26 hoofdstukken, over 27 eilanden, want één hoofdstuk gaat vreemd genoeg over twee eilanden, T.A.A.F. en Tonga. Maar ook dat laatste is niet helemaal waar, want in het prachtige register van genoemde eilanden staan 327 eilanden genoemd die ergens in dit boek vermeld worden, van Urk tot Groenland. Groenland betreft dan gelijk een probleem, omdat het wel in het register vermeld wordt, maar volgens hoofdstuk 26 en de begeleidende tekst van het register zelf niet als eiland mag worden geclassificeerd.
Het grappige van het geheel is dat Büch nooit op een van de beschreven eilanden is geweest. Net als ik voor ik de travelbug kreeg ging hij naar plaatsen toe door er over te lezen. Voor zijn tv -programma De wereld van Boudewijn Büch is hij later wel naar allerlei eilanden afgereist.
Eilanden brengt je in een melancholische stemming. Hoe lang eilanden ook bestaan, een ding weet je zeker, uiteindelijk wint het water. Eilanden zijn kleine zwarte puntjes op de kaart. Sommige eilanden zijn langdurig vergeten. Eilanden vermeld talrijke zoektochten naar eilanden in diverse atlassen waarin ze niet vermeld staan. Leven op eilanden is over het algemeen geen romantische bestaan, maar net als het eiland zelf een bestaan in de marge. Tot het moment waarop het eiland bekend wordt. Helaas is de ontdekking van een eiland geen bevrijding, maar in ieder van de eilanden een verovering, waarbij de lokale bevolking wordt uitgemoord, gerepatrieerd, als slaaf vervoerd naar andere eilanden, hun zieltjes gewonnen, of gewoon wordt genegeerd. We namen uitheemse dieren mee, ratten, katten, eenden, die het eiland gingen overheersen. Sommige eilanden zijn gewoon als testgrond platgebombardeerd, verschroeid in nucleaire straling.
Behalve de eilanden maakt ook de geopolitiek ervan dit boek interessant. Het is geschreven in 1981, en diep verankert in de koude oorlog. Fascinerend is hoe veel latere conflicten, de golfoorlog van 1990 bijvoorbeeld, in dit boek al als onafwendbaar gezien worden.
In het hoofdstuk over Jamaica wordt gesproken over de Maroons, gevluchte slaven die zich verborgen hielden op het eiland. Als zij werden opgepakt werden ze verbannen naar Nova Scotia en later gerepatrieerd naar Siera Leone. Een verhaal waar ik over heb gelezen in het eerste boek van dit jaar, Het negerboek van Lawrence Hill. Leuk, hoe dingen zo bij elkaar komen.

Ik zet het boek in de kast met gelezen boeken in mijn slaapkamer als referentiemateriaal.