Sana Valiulina is van Tartaars Estse komaf, als zoiets al bestaat. Zij studeerde in Rusland en verhuisde naar Nederland. Daar schreef ze deze roman, op de shortlist van de Libris literatuurprijs, in het Nederlands.
Het boek gaat over een enorme geschiedenis, van de opkomst van Stalin en de Tweede wereldoorlog, die de hoofdpersonen vermorzeld. De geschiedenis speelt de hoofdrol, de personen komen slechts langs in die geschiedenis. Dat is jammer. Zo lees van van alle brieven die Didar en Faroek geschreven hebben er maar twee, die allebei niet verstuurd zijn. Het magische van de stier, de sterren en de slang vind ik ook niet helemaal uit de verf komen; Didar neemt de kracht van de stier in het hoofd van Faroek in, als de stier verdwijnt. Maar hoe dat nu kan? Faroek heeft van Didar alleen haar schoenen gezien, want hij zat onder de tafel. Toch zit Didar als kracht in Faroek, terwijl ze pas na de oorlog met elkaar gaan corresponderen. Hoe komt zij daar?
Didar wil de echte Faroek leren kennen, die zij alleen van hun brieven kent. Ik ben het met die constatering niet zo eens. Voor mij is de echte Faroek de persoon uit die brieven. Misschien, bedenk ik nu, is dat wel de reden waarom je die brieven niet leest. In deze geschiedenis is er geen plaats voor echte personen, dat komt pas als de tijd dat weer toestaat. De geschiedenis is te overweldigend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten