
De zwemscenes herinneren mij aan In zee, twee jongens van Jamie O'Neil, dat ik ooit, struinend over de straten in Dublin, las. Eigenlijk had dat andersom moeten zijn, de zwemscenes uit In zee, twee jongens zijn natuurlijk geïnspireerd op de zwemscenes in Ulysses. Ik ben op veel plekken ook geweest. In Bray, mijn eerste lekke fietsband onderweg naar Wicklow. In de baai van Dublin, met een familie van een Christelijke missie waar ik, dakloos omdat U2 een concert gaf en alle slaapplaatsen bezet waren, hartelijk werd ontvangen en rondgeleid, en samen met hun driejarige zoontje, dwars door Dublin liep.
Ik heb bij hoofdstuk 8 besloten er mee te stoppen. Het enige dat ik er uit krijg als ik verder lees is dat ik kan zeggen dat ik Ulysses uitgelezen heb. Dat is niet de reden waarom ik een boek lees, ik moet er wel wat voor terug krijgen. De (overdreven) rijke taal zit voor mij het rustgevende zengevoel van de wandeling door Dublin in de weg. Mijn kennis van oude literaire werken is niet voldoende (ik heb er bijna geen gelezen) om de gesprekken tussen de personages voldoende te kunnen grijpen. Ik lees veel stukken waarvan ik echt denk 'Ach, laat maar.' Ik weet te weinig van de Ierse geschiedenis om te weten waar Joyce over schrijft. Ik heb te weinig opera gehoord om de verwijzingen ernaar anders te begrijpen dat 'Oh, het is een verwijzing naar Don Giovanni'.
Toch, terwijl ik dit schrijf, denk ik, zal ik nog een hoofdstuk lezen...