When you go to see the lake, you also see the hippos.
Toen ik aan dit boek begon wist ik eigenlijk niet meer van Malawi dan dat het bestond en dat het ergens in Afrika lag. Het ligt dus in Zuidelijk Afrika, tegen Oeganda en Tanzania aan. Het was ooit een Brits protectoraat, heb ik opgezocht. Nadat het een zelfstandige staat is geworden werd het bestuurd door drie dictators. Daarover praat William Kamkwamba wel in het boek. Het bestuur is ver weg in de hoofdstad, maar komt dichtbij als de subsidie op kunstmest wordt afgeschaft en de Wereldbank adviseert om de graanvoorraden te gelde te maken om schulden af te lossen, wat de bestuurlijke elite met graagte doet omdat het een boel smeergeld oplevert. Vervolgens mislukt de oogst vanwege droogte na te overvloedige regen en is er geen voorraad meer. Hongersnood is het gevolg in het jaar 2000. Pas geleden dus nog maar, ik wist er niets van. De ouders van William Kamwamba hebben een stuk land gepacht van een oom van hem. Als die plotseling overlijdt gaat naar gebruik het bezit over naar de zoon van de oom, die het verkwanseld om te kunnen drinken en gokken.
In deze tijd van schaarste van voedsel kan de leergierige William Kamkwamba niet meer naar school, omdat zijn ouders het schoolgeld niet meer kunnen betalen. Thuis helpt hij zijn vader (zijn zussen helpen hun moeder), en leest hij boeken uit de bibliotheek, gedoneerd door Amerikaanse donoren. William is gefascineerd door elektriciteit als hij een dynamo ziet op een fiets en wil begrijpen hoe die werkt. Hij vindt een boek in de bibliotheek over elektriciteit met windmolens op de cover en krijgt het idee die te begrijpen en er een te bouwen. Zijn interesse en kennis van elektriciteit zie je langzaam groeien in het boek. Hij legt uit hoe hij tot inzichten komt. Als hij dingen wil onderzoeken of maken gaat hij naar de stortplaats om afgedankte apparaten uit elkaar te halen en met elkaar te verbinden.
William bouwt eerst een kleine windmolen, waarmee hij een radio kan bedienen zonder batterijen! Hij bedenkt dan dat en grotere windmolen voor elektriciteit kan zorgen, zodat de boerderij waar hij en zijn familie woont eindelijk licht kan krijgen. Tot dan steken ze parafinekaarsen aan, en gaan, zoals heel Afrika, zegt Kamkwamba, slapen als de zon onder gaat.
Met een oud fietsframe en een dynamo en een grote windmolen lukt het hem om zijn huis te verlichten. Hij maakt rotorbladen van pvc buizen die hij verwarmt zodat het materiaal te bewerken is (ik weet niet hoe gezond dat is). Kabel maakt hij door allerlei stukjes kabel aan elkaar te knopen. Dit is levensgevaarlijk, en als er een keer bijna brand uitbreekt, maakt hij een soort aardlekschakelaar die de boel afsluit als er een elektriciteitspiek optreedt! Hij wil heel graag een waterpomp bouwen op elektriciteit van de windmolen, zodat zijn moeder en zussen niet altijd water moeten pompen en zijn vader het land kan bevloeien, zodat een extra oogst mogelijk wordt en ze nooit meer honger zullen hebben, zoals tijdens de hongersnood.
Als inspecteurs uit de hoofdstad komen om de school waar William niet meer naar toe mag (zijn familie kan nog steeds de schoolgelden niet betalen, ze moeten schulden afbetalen van tijdens de hongersnood) valt hun de windmolen op, en via een van hen kan William eindelijk naar school. Wel in een andere stad, op kamers. Via die inspecteur komt hij uiteindelijk in contact met organisatoren van een Ted talk conferentie in Tanzania. Die vinden dat zijn zelfgebouwde windmolen een plek verdient op de conferentie en nodigen hem uit om erover te vertellen (Deze Ted talk van William Kamkwamba kun je nog zien op het Ted talk kanaal). Uiteindelijk bouwt hij een elektrische pomp.
Die Ted talk is leuk omdat je een jonge jongen ziet die zelf een windmolen heeft gebouwd. Het boek echter laat heel goed zien hoe iets kleins als een windmolen een grote impact kan hebben op het leven van een gezin op het platteland in Afrika. Africans bend what little they have to their will everyday.
een foto van de windmolen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten